De Max van Pelt stichting was Albert Oosthoek behulpzaam met het leveren van materiaal en informatie voor zijn thesis.
Uit "Nieuw licht op liquidaties" door Dr.Albert Oosthoek.(proefschrift)
"Voor de beschrijving van de geschiedenis van de knokploegen in Zuid-Holland is de auteur Kors (Karel) van Loon verantwoordelijk. Bij het uitbreken van de oorlog was Van Loon (1903-1984) werkzaam als onderwijzer op een christelijkelagere school in Dordrecht.
In
april 1944 werd de leider van de LO Dordrecht, Sytze Beinema,
gearresteerd en volgde Van Loon hem op. Van Loon en Beinema waren
geloofsgenoten en kerkten in de gereformeerde Wilhelminakerk.Van Loon
zou in Dordrecht tot aan de bevrijding een prominente rol in het verzet
spelen.
In 1947 verscheen zijn boek Verzet in en om Dordt, dat in 1980 ongewijzigd herdrukt werd.
Als reactie op deze heruitgave verscheen in 1982 van de hand van G.J.
(Bob) de Vries het boek De balans van 'Verzet in en om Dordt'. De Vries
die in de oorlog deel uitmaakte van de LKP in Dordrecht en (later)
Rotterdam was onaangenaam verrast dat het boek van Van Loon ongewijzigd
was herdrukt.
Bob is de zoon van G.J.P.(Oom Gerrit) de Vries die
actief was in het Rotterdamse LO/LKP-verzet en auteur is van het boek
Achter de schermen dat eind 1945 verscheen - straks meer daarover.
Vanaf 1944 stond de Dordtse KP in verbinding met de LKP-Rotterdam en kreeg daarvan opdrachten. In Verzet in en om Dordt worden volgens De Vries principiële verzetsstrijders belasterd terwijl een voormalige SD-agent de hand boven het hoofd wordt gehouden. Het boek van De Vries is volgens eigen zeggen 'een Verweer' tegen het boek van Van Loon.
Deze SD-agent, Harry (Herman) Evers (1918-1991), zou zich volgens Van Loon hebben ingewerkt bij de Duitsers voor de goede zaak. In de meidagen van 1945 sloot hij zich aan bij de BS en werd hij gedetacheerd bij de geallieerde inlichtingendienst Field Security en hield hij zich bezig met de opsporing van oorlogsmisdadigers.
Van Loon laat echter de uitspraken van het Bijzonder
Gerechtshof uit 1950 buiten beschouwing, waaruit blijkt dat Evers de
vijand en niet het verzet heeft gesteund. Van Loon treedt voor Evers als
getuige à decharge op en spreekt voor het hof uit dat hij 'elke dag God
moest danken, omdat Hij hem Herman had geschonken'.
Deze collaborateur werd uiteindelijk door het Bijzonder
Gerechtshof tot drie-en-een-half jaar gevangenisstraf veroordeeld.
Evers was vanaf augustus 1940 werkzaam bij de politie in Dordrecht en
blijkt in 1942 werkzaam te zijn geweest voor de Politieke Recherche en
zeer actief betrokken bij de jodenvervolging. Bij dit politieonderdeel
zou hij naar eigen zeggen voor het verzet gespioneerd hebben.
Ook
werd vastgesteld dat Evers een kwalijke rol heeft gespeeld bij onder
meer de arrestatie op 18 april 1944 van Sytze Beinema die sinds 1943
districtleider van de LO Dordrecht was.
In Verzet in en om Dordt
wordt Evers, die direct na de bevrijding van vele kanten beschuldigd
werd van collaboratie, door Van Loon in zijn hoedanigheid als Chef Staf
van de Binnenlandse Strijdkrachten gerehabiliteerd.
Dit tot grote
ergernis van het voormalig verzet, waarmee Van Loon geen overleg had
gevoerd. Deze gang van zaken was ook de reden dat er vanuit het
voormalig verzet niet of nauwelijks is meegewerkt aan Van Loons boek.
Dit had tot gevolg dat deze mensen, onder wie Bob de Vries, door Van
Loon niet worden genoemd in zijn boek. Volgens De Vries wilde dit deel
van het verzet dat ook niet, omdat deze verzetslieden niet op één lijn
gesteld wilden worden met de collaborateur Evers.
De bezwaren
tegen Verzet in en om Dordt werden als gevolg van dit conflict op papier
gezet ten behoeve van het RIOD, om zo recht te doen aan de waarheid.
Hoe staat de arrestatie van Beinema nu beschreven in Het Grote Gebod?
Volgens Grandia-Smits was de arrestatie van Beinema te wijten aan een
onderduiker die ondanks de vele waarschuwingen toch de repetities van
een zangvereniging bezocht en daar bij een inval door de Landwacht werd
ingerekend en bij het verhoor doorsloeg en vertelde van wie hij de
bonkaarten had gekregen. Beinema werd op 11 augustus 1944 in Vught
gefusilleerd.
In de herdruk van Verzet in en om Dordt (jaren'80)
laat Van Loon ook de ware geschiedenis over Evers, die hem op dat moment
duidelijk was, buiten beschouwing.
In De Dordtenaar schreef Van Loon geen zin te hebben om met ingezonden brieven op de bezwaren van G.J. (Bob) de Vries te reageren.
